• Een van de discussiepunten tijdens de heropende ledenvergadering was wat de consequenties voor Eendracht Arnhem zouden zijn als de opstallen daadwerkelijk op naam van de vereniging worden gezet. Met name het onderwerp Onroerende Zaak Belasting (OZB) is daar uitgebreid bediscussieerd, zonder dat er echt duidelijkheid in kon worden gebracht. Afgesproken is toen dat het bestuur nog eens in de gehele materie zou duiken om helderheid te verschaffen. Wel, belofte maakt schuld.

     Op naam stellen van de opstallen

    Begin 2017 is door de gemeente Arnhem besloten dat de rechten en plichten m.b.t. clubgebouwen beter moeten worden vastgelegd. Daarom is gekozen voor het vestigen van het (afhankelijk) recht van opstal voor de clubgebouwen op de gemeentelijke sportparken. Dit is een vorm van "eigendom" die de verenigingen meer bevoegdheden en mogelijkheden biedt, bijvoorbeeld voor het afsluiten van hypothecaire leningen en (opstal)verzekeringen. Registratie van de opstallen is voor de vereniging dan ook geen vrije keuze, maar wordt verplicht door de gemeente opgelegd.

    Waarom moet de Algemene ledenvergadering (ALV) dan toestemming verlenen als we toch met opgelegd gemeentebeleid te maken hebben. Dat komt door artikel 13 uit de statuten van de vereniging. Daarin staat opgenomen: Het bestuur is, na voorafgaande goedkeuring van de algemene ledenvergadering, bevoegd te besluiten tot het aangaan van overeenkomsten tot verkrijging, vervreemding of bezwaring van registergoederen. Gevoelsmatig verkrijgen we met de registratie van de opstallen geen registergoed. De opstallen zijn immers jaren geleden door “onszelf” bekostigd en gebouwd en voelen dus ook aan als ons eigendom. De gemeente/Sportbedrijf Arnhem erkent dat in principe ook door de vereniging al jarenlang een compensatiebedrag voor investeringslasten (momenteel €7.329,- per veld) op de bruto veldhuur (momenteel €19.232,- per veld) toe te kennen.  Maar ja, formeel gezien is ons eigendomsrecht niet juridisch juist vastgelegd en wordt registratie (ook al is het achteraf) gezien als het verkrijgen van een nieuw registergoed (zonder dat er ook maar enige kosten of een aankoopbedrag bij betrokken is) en moet een notaris bewijs zien dat de ALV akkoord is gegaan met het verkrijgen van de “eigen” opstallen.

     Eigen opstallen en OZB

    Buitensportverenigingen met een clubgebouw op gemeentegrond zijn theoretisch altijd al zelf verantwoordelijk geweest voor alle heffingen en rechten m.b.t. hun clubgebouw, dus ook voor het gebruikersdeel van de Onroerende Zaak Belasting (OZBG) en de rioolheffing (RIOGG). Deze heffingen werden tot 31 december 2016 via een opslag van 2½ op de bruto veldhuur door verenigingen via het Sportbedrijf Arnhem voldaan. Het was de bedoeling dat deze vorm van indirecte belastingheffing per 1 januari 2017 (verzelfstandiging Sportbedrijf Arnhem) te beëindigen en aanslagen daar te leggen waar ze ook horen. De bruto veldhuur is per 1 januari 2017 dan ook met 2 ½% verlaagd, met dien verstande dat aan verenigingen de keuze werd gelaten om of terug naar het oude systeem te gaan of de aanslag direct zelf aan de afdeling belastingen te voldoen. November 2017 heeft de gemeente Arnhem in samenspraak met het Sportbedrijf Arnhem besloten dat per 1 januari 2018 de OZB en RIOG definitief niet meer worden verrekend in de tarieven van de veldhuur, maar dat de verenigingen direct zelf aangeslagen gaan worden, afhankelijk van de situatie alleen voor het gebruikersdeel of voor het gebruikers- en (dat is nieuw) het eigenaarsdeel.  Het is momenteel niet duidelijk of dan wel hoe dat besluit aan de vereniging c.q. alle Arnhemse sportverenigingen bekend is gesteld.

    Navraag bij de gemeente Arnhem heeft wel duidelijk gemaakt dat het voor het opleggen van het eigenaarsdeel van de OZB-aanslag niet uitmaakt of een vereniging wel al tot de verplichte registratie van de opstallen is overgegaan, of nog in afwachting is tot het moment van registratie. Alle verenigingen die geacht worden tot registratie over te gaan zullen c.q. zouden per 1 januari 2018 het eigenaarsgedeelte OZB vanuit de Dienst vastgoed doorbelast krijgen. Want dat is misschien nog wel het meest frappante aan het hele OZB-verhaal. Sinds 1 januari 2018 heeft de vereniging geen enkele aanslag meer ontvangen of via een opslag op de veldhuur indirect hoeven te betalen.

    Om het nog wat ingewikkelder te maken. Gemeenten hoeven niet langer hoge Onroerende Zaak Belasting (OZB) in rekening te brengen bij gebouwen van sportclubs. Op 15 november 2018 heeft de Tweede Kamer voor een wetswijziging gestemd die het mogelijk maakt dat gebouwen van sportclubs worden belast tegen een lager (woning)tarief. Maar over hoe de gemeente Arnhem in deze wedstrijd staat hebben we nog niets over vernomen. Blijkbaar is het gehele OZB verhaal ook voor de gemeente een moeilijke materie. En dan eindigt het meestal in: wordt vervolgd.